De sound van Thy Catafalque omschrijven doen wij het best aan de hand van het woord “eigenzinnig”. Oké, we weten het wel de band, of misschien beter gesteld, het project van de Hongaarse artiest Tamás Kátai (vocals, gitaar, bass, keyboards, samples, programmering) wordt meestal in het vakje avant garde metal onder gebracht. Maar de sound die hij telkens opnieuw neer zet, is voor ons veel breder. Ja, natuurlijk komen heel wat elementen uit zowel avant garde als uit metal bovendrijven, maar de man kijkt ook naar folk, jazz en klassieke muziek om zijn sound gestalte te geven. Is dat dan avant garde of toch eerder experimenteel? Ook op ‘Alföld’ blijft Thy Catafalque zijn eigenzinnige zelf. Negen nummers, goed voor bijna drie kwartier muzikaal plezier, zijn je deel. Opnieuw neemt Tamás je mee op een heel boeiende muzikale reis waar, ook al zoals voorheen, hij je laat proeven van immens furieus klinkende stukken metal, maar ook rustiger passages waar folk en / of jazz het voortouw nemen komen aan bod. Dat hij zodoende speelt met tal van wisselingen in tempo, ritme en kracht spreekt voor zich. Dat we niet alle ideeën die door zijn muzikale brein spelen even hoog weten te waarderen is ook een feit, maar we moeten wel toegeven dat de man, in onze ogen dan toch, een muzikaal genie is die ons steevast weet te verrassen. Ook nu weer. ‘Alföld’ opent bijvoorbeeld heel intens en krachtig met ‘A csend hegyei’, een nummer dat, vooral door de uiterst rauwe en ruwe vocalen, ergens tussen death metal en black metal in zweeft, al krijgt het dan wel weer accenten mee die niets te maken hebben met beide (sub)genres. Misschien is “intrigerend” een beter woordkeuze om het nummer te omschrijven. Een stuwende basslijn opent ‘Testen túl’ waarna het nummer aan kracht wint. Opnieuw moeten we stellen dat metal fanaten hier meer voor te vinden zullen zijn dan liefhebbers van o.a. avant garde. Nog een track die we zowaar als bijna pure metal kunnen omschrijven is ‘A földdel egyenlő’. Alhoewel, hier komen heel rustgevende melodieuze fragmenten langs die het nummer wat richting avant garde proberen duwen. Het titelnummer volgt en opent met een stuk dat we als doom kunnen omschrijven, vooraleer de kaart death / black metal wordt getrokken, om uiteindelijk over te gaan in een jazzy sfeertje en uit te doven in folk. Even furieus starten doet hij tijdens ‘Folyondár’ om dan te spelen met folk en jazz en metal en zodoende een track af te leveren die het ene moment krachtig klinkt, het andere moment heel speels en weer een ander moment gewoon weg jazzy. Met beklijvende koorzang opent ‘Csillagot görgető’ waarna opnieuw krachtiger stukken overnemen die dan gecounterd worden door avant garde en, naar onze smaak dan toch, pakken eigenzinnigheid. Nog meer eigenzinnig variatie krijg je tijdens ‘A felkelő hold országa’, nog zo’n nummer waar Thy Catafalque speelt met tal van wendingen in tempo, ritme en genres. Met ‘Szíriusz’ krijgen we een kort instrumentaal intermezzo – maar opnieuw eentje die bol staat van eigenzinnigheid! – om dan af te sluiten middels ‘Néma vermek’ waar ideeën uit avant garde en metal elkaar opnieuw blindelings weten te vinden. Dat is ‘Alföld’ in een notendop. Om het album daadwerkelijk te doorgronden heb je heel wat meer luisterbeurten nodig dan het aantal dat wij uit trokken om deze review samen te stellen. Keer op keer opnieuw “ontdek” je iets waarvan je denkt, of zelfs zeker weet, “dat heb ik nog niet eerder gehoord”. Kortom, net als zo goed als elk nieuw werkstuk van Thy Catafalque is ook deze ‘Alföld’ een album dat je zeker niet koud zal laten en waarvoor je een pak draaibeurten nodig hebt om het compleet te doorgronden. Tamás laat zich op dit album omringen door een pak andere artiesten – te veel om hier allemaal op te noemen – en bouwt zo verder aan een indrukwekkende discografie.
Luc Ghyselen (92)
Season Of Mist SOM 649
Tracklist: 1. A csend hegyei 2. Testen túl 3. A földdel egyenlő 4. Alföld 5. Folyondár 6. Csillagot görgető 7. A felkelő hold országa 8. Szíriusz 9. Néma vermek