Cobra The Impaler, Dudsekop @ De kreun, Kortrijk.
Voor de week van de Belgische muziek kregen we midden de week twee Belgische bands te zien en te horen in de Kortrijkse muziektempel De Kreun.
*Foto’s: Dudsekop*
Het West-Vlaamse Black metal gezelschap Dudsekop opende heel donker en dreigend met een krachtige set. Een halfuur lang werden we ondergedompeld in hun “koave zworte metal” met hun teksten in het West-Vlaamse (Oud Ieperse) dialect waarvan er velen in de goed gevulde zaal niets van begrepen, hoorden we om ons heen. Wij trokken er ons alvast niets van aan en lieten ons vlot meevoeren op hun dreigende en donkere trip. We konden zo meteen onze nekwervels eens goed los maken dankzij Dudsekop.
Setlist: Plukkevort / Brandstoake / Corbiaar / Godvergeten / Tenn Oasem / Kruss / Wuk Emme Nog Van Leevn
*Foto’s: Cobra The Impaler*
Na de krachtige, maar wat statische, set van Dudsekop, was het de beurt aan Cobra The Impaler, een groove metal /metalcore / progressive metal band opgestart in de buurt van Gent. Het gezelschap presenteerde zich hier zonder bassist al hebben we die niet echt gemist. We kregen immers een enorm energieke en gedreven set aangeboden van een band die weet hoe zijn publiek te bespelen. De krachtige drumpatronen, energieke riffs en de impressionante vocalen zorgen ervoor dat de rillingen constant over ons lijf liepen. Cobra The Impaler hield ons zo een uur in zijn ban terwijl men grasduinde doorheen de nummers uit hun twee heel sterke albums. De band bewees hier andermaal dat ze niet moeten onderdoen voor heel wat buitenlandse ensembles.
Setlist: Season Of The Savage / Mountains / My Inferno / Colossal Gods / The Message / Spirit Of Lyssa / Blood Eye / Shifting Sands / Scorched Earth / Assassins Of The Vision
Wij, van MUSIKA, hebben alvast genoten van deze avond in de “week van de Belgische muziek”. Dudsekop deed wat we vooraf van hen hadden verwacht en Cobra The Impaler deed er nog een stevige schep bovenop. Klasse van beide Belgische bands.
Met dank aan Emma en het complete “Wilde Westen”-team.
Tekst en foto’s: Luc Ghyselen.