Whiplash, Methane, Axident @ Hell, Diest.
Een thrash avond om “U” tegen te zeggen, dat is wat ons te wachten stond op deze doordeweekse druilerige dinsdag avond. De verwachtingen waren hoog! In een bijna uitverkochte Hell maakte de USA legende Whiplash zijn opwachting.
*Foto’s: Axident*
Maar eerst werden we warm gemaakt door twee top thrash outfits die door Hell zelf waren uitgenodigd. Het in België ondertussen wijd bekende Axident beet de spits af, en zette meteen de toon voor de avond: ongecompliceerde thrash was ons deel. Als een stel jonge hongerige wolven smeet de band zich voluit. Het moet absoluut gezegd worden: in hun korte bestaan zijn deze jongens enorm gegroeid. Het is uitkijken naar dat full album, want de nieuwe tracks die we te horen kregen smaken absoluut naar meer. Dat album wordt een bom!
*Foto’s: Methane*
Methane kwam helemaal uit Zweden speciaal voor deze show. Wat een thrash feest! De Zweden waren blijkbaar helemaal niet moe van de lange trip die ze achter de rug hebben. Vanaf de eerste noot ging de modern klinkende thrash erin als zoete koek. Er werd ook een gloednieuw nummer, ‘I Fuck For Beer’, voor de allereerste keer live gespeeld, voorafgegaan door een spelletje. Ergens in de set knalden ze er ook nog even een S.O.D. cover door, wat de sfeer uiteraard ten goede kwam.
*Foto’s: Whiplash*
En dan, eindelijk, tijd voor Whiplash! En het wachten was meer dan de moeite waard! De band was in uitmuntende vorm, de energie spatte van het podium en ging over op het bij wijlen uitzinnige publiek. Veertig jaar ‘Power And Pain’, is nog steeds een maatstaf, en nog steeds relevant. Tony is een fan van het Belgische bier, dus repte Erik, de grote man achter Hell, zich regelmatig naar het podium om hem te voorzien van een heerlijke Stella. Alle drie de muzikanten waren in topvorm, waarbij de drummer er net dat tikkeltje meer bovenuit stak. Wat een beest! Dat resulteerde even in een drum solo, dat hoefde voor mij dan weer niet. Alweer een zeer geslaagde avond in Hell. Dat er nog veel mogen volgen!
Tekst: L.E.
Foto’s: Peter Vangelder.