Alcatraz, festivalterrein, Kortrijk: het complete verslag!
***Noot van de redactie: Dit jaar kreeg MUSIKA twee fotopassen en één perspass zodat we een vrij volledig beeld kunnen brengen van wat er te beleven viel op Alactraz Hard Rock & Metal Festival wat betreft de concerten. Een totaal beeld kunnen we u niet meegeven want daarnaast kan je bijvoorbeeld ook genieten van het samenzijn in El Presidio. Hier alvast ons verslag van ELKE band die op een van de vier podia (Prison, Swamp, Helldorado en Morgue) te zien was. Eigenlijk moet je soms kiezen, want de concerten gaan telkens gelijktijdig door op twee podia. Zo krijg je een band op Prison en op hetzelfde moment is er ook een band actief op Helldorado, terwijl hetzelfde gebeurt in de Swamp en Morgue. We hebben dus onze kilometers afgestapt op Alcatraz Hard Rock & Metal Festival. Met heel special dank aan Koen Hollants voor de extra stukken tekst (en dat zonder perspass).***
The Raven Age, Prison.
Het Britse The Raven Age is er reeds sinds 2009 en zorgt voor een mix van alternative metal en groove metal. Met o.a. George Harris (zoon van Iron Maiden bassist Steve in de rangen) denk je dan dat dit een makkie wordt om door te stoten naar de top. Niets blijkt minder waar, want na een veelbelovende start, lijkt dit gezelschap wat ter plaatse te trappelen. Ook nu weer kon The Raven Age ons niet écht overtuigen. (L.G.)
Ethereal Darkness, Helldorado.
Ook het Belgische Ethereal Darkness kon ons niet compleet van de sokken blazen. Niet dat het gezelschap rond manusje van alles, op albums althans, Lars daar zijn stinkende best niet voor deed, maar toch had hun melodic death metal / doom sound niet de verwachte uitwerking op ons. Kortom er is nog wat aan de winkel, al is dit een mooie opstap in de goede richting. (L.G.)
Thanatos, Swamp.
Voor Thanatos werd Alcatraz 2022 een speciale dag. De band had aangekondigd ermee te stoppen. Alcatraz zou het laatste festival optreden worden voor deze Nederlandse death metal legende. Daarna zou er nog een allerlaatste show in Nederland volgen, alvorens het doek definitief over de band zou vallen. Heel veel volk stond er niet in de Swamp. Het vroege uur had daar natuurlijk alles mee te maken, maar toch spijtig dat een band zo moet afscheid nemen na achtendertig jaar, te meer daar de show, wat had je gedacht, vlekkeloos verliep en bovendien het een plezier was om nog één keer een selectie uit het uitgebreide oeuvre van Thanatos te horen. (F.B.)
Lethal Injury, Morgue.
Thrash metal uit de buurt van Oostende, zeg je. Dan kom je logischerwijze uit bij Lethal Injury. Dit gezelschap zorgde in 2018 voor een leuk debuutalbum en gaf er hier een stevige lap op. Nee, voor absolute vernieuwing zit je niet aan het juiste adres, wel voor een portie no-nonsense vuile en agressief klinkende thrash. Lethal Injury vervulde deze opdracht uitstekend en een dankbaar publiek genoot met volle teugen. (L.G.)
Bloodywood, Prison.
Bloodywood komt uit New Dehli, India en zorgt voor een mix van nu metal en folk metal. Het gedeelte folk is duidelijk gebaseerd op de Indische folk. Met ook twee vocalisten in de rangen, die elkaar meestal afwisselen, en die zich soms wat richting “rap” begeven, zorgt Bloodywood voor een sound die een pak muziekliefhebbers kon bekoren. Wij, van MUSIKA, bleven eerder sceptisch en hielden het eindelijk reeds na ghoop en al twintig minuten voor gezien. Kortom, het kon ons niet echt boeien. (L.G.)
Angel Crew, Helldorado.
Een mens zou het al eens durven vergeten maar Angel Crew ontstond inmiddels meer dan twintig jaar geleden uit leden van Backfire!, Deviate en Length Of Time. Dat er nog geen sleet zit op de energie na al die jaren, bewees de band pal op de middag in Helldorado. Vocale ondersteuning kwam er van Fleddy Melculy al vonden wij dat diens microfoon niet zo goed was afgesteld en zijn stem grotendeels verloren ging. Dat kon de pret voornamelijk in de voorste gelederen echter niet drukken. (K.H.)
1914, Swamp.
Dat uitgerekend een band uit Oekraïne inspiratie haalt uit WOI kun je met het nodige sarcasme een speling van het lot noemen. Toen het vijftal intussen acht jaar geleden de band oprichtte konden ze wellicht helemaal niet vermoeden dat oorlog plots een actueel gegeven zou worden in hun bestaan. Feit is dat de oorlog in hun land onmiskenbaar een stempel drukt: de Oekraïense vlag prominent aanwezig op het podium en in de bindteksten steevast de woede uitbrakend over de Russische invasie. Het spelen van de Brabançonne als intermezzo werd in ieder geval lauwer onthaald dan de loodzware kruising van doom / death / black metal dat de heren van 1914 met verve brengen. De hele Swamp stond als één legioen achter de band. (K.H.)
Darqo, Morgue.
Het uit West-Vlaanderen afkomstige Darqo staat voor een mix van noise, doom en sludge. Het is niet echt een stijl die onze voorkeur wegdraagt, maar we moeten wel stellen dat Darqo hier een knappe set heeft afgeleverd. Nee, het absolute hoogtepunt op Alcatraz, of zelfs in de Morgue, was de band zeker niet, maar we hebben wel genoten van een overtuigend neer gezette set. (L.G.)
Praying Mantis, Prison.
Door een dringende medische ingreep kon het oorspronkelijk geprogrammeerde Loudness niet aantreden. Als vervanger voor deze Japanese band mocht Praying Mantis aantreden. Met openingsnummer ‘Praying Mantis’ stak het internationaal gezelschap vrij stevig van wal. We werden aangenaam verrast door de opmerkelijke prestatie van de vocalist, die met momenten tussen Nederlands en Engels afwisselde. Naast klassiekers en een ballad kregen we met ‘Cry For The Nations’ ook recenter werk. Een sterke prestatie voor een band die nagenoeg vijftig jaar bestaat! (A.M.)
Funeral Dress, Helldorado.
Funeral Dress is zonder twijfel één van de peetvaders van de vaderlandse punkscene. Zevenendertig jaar staat er inmiddels op de teller van de band maar Dirk Peeters en de zijnen blijven als de jeugdige punks van weleer rondspringen op het podium. Dat het publiek grotendeels bestond uit de ietwat oudere fans bleek nergens uit – behalve dan misschien uit het luidkeels meebrullen van de aloude gekende nummers. We zagen toch ook menige jongere uit de bol gaan – al dan niet onder invloed van hun ouders. Funeral Dress blijft garant staan voor punk pur sang, ten bewijze daarvan het recente nummer ‘All politicians Are Cunts’ waarbij ze de politiek op de korrel nemen zoals enkel een punkband dat kan. Dat de heren de tent moeiteloos wisten in te palmen, is een understatement. De strandballen die Coldplaysgewijs het publiek werden ingejaagd, knalden over de hoofden vlotjes heen en weer om het feestje nog meer kracht bij te zetten. Dat hun ultieme hit ‘Party On’ door de eerste tot de laatste aanwezige enthousiast werd onthaald, is een nog véél groter understatement. (K.H.)
Panzerfaust, Swamp.
Dat black metal een genre is waar nog steeds evolutie mogelijk is bewijst het Canadese Panzerfaust. Nog maar net brachten ze hun zesde album uit via Eisenwald: ‘The Suns Of Perdition’. De sfeer op albums van Panzerfaust is anders dan bij traditionele black metal bands en live doen ze er nog een schep bovenop. Maar al bij al schitterend hoe de band erin slaagt zich te profileren als een band met eigen geluid én belevenis. Me dunkt dat er nog rek zit op de formule van Panzerfaust. Door de intensiteit van de show is hun liedje dan ook al heel snel uitgezongen. Mooie liedjes duren niet lang zeker. Panzerfaust liet zeker een diepgaande indruk na. (F.B.)
Turbowarrior Of Steel, Morgue.
Thrash metal verkopen als party muziek? Dan is Turbowarrior Of Steel een van de bands bij uitstek. Het gezelscahp laat er geen gras over groeien en gaat er steeds met volle overtuiging heel enthousiast tegenaan. Dit zorgt dat de fans als het ware mee worden gezogen in deze vibe en dat zorgt dan keer op keer ook voor stevige feestjes voor het podium. Ook nu weer was dit geval zodat we ook bij Turbowarrior Of Steel kunnen stellend at de heren hun opdracht – het publiek entertainen – tot een goed einde hebben gebracht. (L.G.)
Diamond Head, Prison.
Diamond Head zit waarschijnlijk op een wolk de laatste tijd. De band was vroeger al gevierd, maar de laatste jaren zit Diamond Head duidelijk in zijn tweede jeugd. Drie nieuwe albums op vier jaar tijd en vermoedelijk zit er nog één in de pipeline voor een release in 2022 of in 2023. Diamond Head staat ook op vele festivals geprogrammeerd, en het zijn zeker niet allemaal old skool festivals. Nee, Diamond Head doet gewoon mee in 2022. Persoonlijk vond ik het geluid wat gedempt klinken. Ik had wat weer volume verwacht. Het klonk een beetje te braaf. Nochtans heeft de band genoeg rockende nummers. Afsluiten deden ze logischerwijze met dat ene nummer dat ook bekend is in de uitvoering van een bekende Amerikaanse thrash metal band. (F.B.)
Liar, Helldorado.
Het West-Vlaamse Liar heeft sinds 2005 geen plaat meer gemaakt maar blijft niettemin een begrip uit de wel befaamde H8000–scene en speelde een volbloed thuismatch. Naar aanleiding van het twintigjarig bestaan van hun album ‘Falls Of Torment’ in 2019 besloot de band opnieuw op te treden. Dat ze dat nog steeds met verve doen, bleek eens temeer op Alcatraz. Ondanks de hitte deden ze een nummer als ‘Destroyer’ alle eer aan, alles en iedereen met een uppercut tegen de vlakte. Fleddy Melculy kwam alweer eer betuigen door zijn opwachting op het podium te maken. Als Henry Rollins er zou geweest zijn, had hij met eigen ogen kunnen vaststellen dat de band naar één van zijn nummers genoemd sant in eigen land is en blijft. (K.H.)
Misery Index, Swamp.
Het Amerikaanse Misery Index is geen onbekende op Europese podia. De band die ontstond vanuit Dying Fetus toert intensief album na album. Recentelijk lieten ze album ‘Complete Control’ op ons los. Dit moet natuurlijk getoerd worden en vandaar dat ze op Alcatraz onderdak vinden in de Swamp. Ze bewijzen direct dat de Swamp hun rechtmatige plaats is, want ze zetten een fantastisch goede set neer wat dan weer op het enthousiasme van de menigte in de Swamp kan rekenen. Warm weer of geen warm weer, op Misery Index moet er gecrowdsurft en geheadbangd worden. En zo geschiedde. Extreme death metal leeft en dat bewijst Misery Index. (F.B.)
WildHeart, Morgue.
Dat het jonge volkje van Wildheart er zin in had, was duidelijk vanaf de start. Elke keer leggen ze de lat wat hoger. Als een rollercoaster vuurde het gezelschap de ene hit na de andere op een publiek, dat opmerkelijk vlot meezong. Een bloemlezing uit hun twee eerder uitgebrachte albums zorgen voor een wervelende passage in de goedgevulde Morgue. Het lijkt erop dat de band zich klaarmaakt voor het grote werk, want de nummers werden mooi strak gebracht als een knap geoliede machine. (A.M.)
Lacuna Coil, Prison.
Lacuna Coil is geen onbekende voor het Alcatraz Festival. Eerdere passages gingen niet onopgemerkt voorbij. Gedurende vijftig minute zouden Christina Scabbia en co het beste van zichzelf geven. Daarbij passeerden menige semi hits de revue. Al bij al en voorspelbare set en ergens een thuismatch, maar Lacuna Coil is nog steeds populair. En zo hoort het voor een band met oeuvre zoals Lacuna Coil. (F.B.)
Trauma, Helldorado.
Door velen werd er uitgekeken naar het wederoptreden van Trauma. De naam is misschien een onbekende. Trauma was de eerste band van een zekere Cliff Burton, die later bij Metallica ging bassen. Trauma bracht in hun eerste periode slechts een album uit, ‘Scratch & Scream’ uit 1984. De heruitgave van ‘Scratch & Scream’ in 2013 luidde de reïncarnatie van de band in. Ondertussen brachten ze twee albums uit. Het laatste, ‘Awakening’ werd nog dit jaar uitgebracht via Massacre. De tent stond behoorlijk vol voor Trauma. En de verwachtingen werden meer dan ingelost. Ik vermoed dat we nog gaan horen van Trauma. (F.B.)
Benediction, Swamp.
Het is misschien eigenaardig dat een band als Benediction voor de eerste keer de Alcatraz line-up vervoegt, en toch is het zo. Een deel van de verklaring zal liggen in de lo-profile status van de band gedurende een aantal jaren. Gelukkig de Britse death metal sensatie alweer een aantal jaren actief en mochten we in 2020 nog eens genieten van een nieuw album, ‘Scriptures’. De meesten gaan het met mij eens zijn dat de passage van Benediction op Alcatraz meer dan geslaagd mag genoemd worden. Anders gesteld: de verwachtingen werden meer dan ingelost. Anno 2022 is Benediction geen vergane glorie, maar hot as hell. (F.B.)
My Diligence, Morgue.
Neem een portie stoner, voeg wat metal en doom aan toe en overgiet met een stevige scheut psychedelica. Ziehier de ingrediënten waarmee het Belgische My Diligence zijn muzikale cocktail brouwt. Niet honderd procent “our cup of tea”, maar wel voldoende om voor een uiterst genietbare drie kwartier in de Morgue te zorgen. Knap en stevig werk heren, doe zo verder. (L.G.)
Gotthard, Prison.
Het is een tijdje geleden dat ik het Zwitserse Gotthard live kon spotten. Vlak voor de pandemie kon ik nog zien hoe Flavio menig keer inviel voor Hena op drums, een gegeven dat intussen definitief werd. We kregen van het nieuwe album ‘#13’ een aantal nummers te horen, maar de nadruk lag op de hits die voor een waar feestje zorgden. Knap was het akoestische setje middenin, waardoor de stomende rockmomenten knap afgewisseld werden. (A.M.)
DRI, Helldorado.
Het Texaanse DRI (voluit Dirty Rotten Imbeciles) mag gerust gezien worden als de wieg voor hardcore. De band bestaat intussen veertig jaar (!) waardoor we zelf alleen al omwille van puur nostalgische redenen wilden zien waartoe deze veteranen nog in staat zijn. Hoe de band erin slaagt om na al die jaren nog steeds gedreven op een podium te staan, is toch ergens een raadsel aangezien hun laatste album dateert van 1995. Ze gaan hiermee vast de geschiedenisboeken in als de band die er het langst over doet om een aangekondigd album nog steeds niet uit te brengen. Het zorgt er tot onze grote verbazing voor dat ze niettemin ook een resem duidelijk jongere fans op de been weten te brengen. Compleet hun laatste studio-album ‘Full Speed Ahead’ indachtig brengt DRI een retestrakke set en toont dat leeftijd misschien wel uiterlijk enig vat op hen krijgt maar allerminst wat betreft de prestatie. (K.H.)
Suffocation, Swamp.
Voor het Amerikaanse death metal gezelschap Suffocation was het eveneens een eerste keer op Alcatraz. En Suffocation had zeer goed begrepen dat er geen tweede kans bestaat om een eerste indruk na te laten. Die eerste indruk was dan ook verpletterend. Suffocation speelde de pannen van het dak. Zo’n gedrevenheid zie je zelden. En Suffocation bewijst ook dat een setje death metal best wel leuk kan zijn van de eerste seconde tot de laatste. (F.B.)
Speed Queen, Morgue.
Het Belgische Speed Queen staat bij ons een beetje geboekstaafd als “een leuke band die een mix van heavy metal en speed metal brengt”. Zeker niets minder, maar ook niets meer. Na de daverende en nazinderende set die de heren afleverden op Alcatraz moeten we onze mening stevig bijschaven tot “een heel opwindende band die heavy metal en speed metal mixt tot een fantastische cocktail”. Wij hebben dus enorm genoten van de set van Speed Queen en denken dat de band er een pak zieltjes heeft bijgewonnen. Speed Queen heeft hier alvast bewezen dat ze niet moeten onder doen voor een een heel pak buitenlandse bands in dit (sub)genre. (L.G.)
Electric Callboy, Prison.
Electric Callboy is zowat de voortzetting van Eskimo Callboy. Dit Duitse gezelschap zorgt voor een mix van metalcore en elektronica waarvan dit laatste gegeven extra onder de aandacht wordt gebracht. Eerlijk is eerlijk: het is een sound die ons maar heel weinig doet. En als je dan nog eens de pakjes ziet waarmee de heren ons proberen te overtuigen, dan houdt het voor ons helemaal op. Dat het jongere publiek hiervoor massaal valt, kunnen we ergens begrijpen, maar ons, boeit het helemaal niet. (L.G.)
Satan, Helldorado.
Satan was begin jaren ’80 een van de boegbeelden van de new wave of Britisch heavy metal, minder bekend uiteraard dan Iron Maiden of Saxon, maar toch bekend genoeg om jaren later nog steeds geroemd te worden. Het heilige vuur wakkerde terug aan vanaf 2011. Zanger Brian Ross die vervult sindsdien een dubbele taak: hij zingt zowel bij Satan als bij Blitzkrieg, nog zo’n legendarische band. Satan had al eens de eer en het genoegen om de weide van Alcatraz te entertainen, enkele jaren terug toen Alcatraz maar één podium had en en nog doorging op de campus van VIVES. Nu stonden ze in de Helldorado en het maakte eigenlijk niets uit. Satan is nog steeds een band om te koesteren. Laatste album, ‘Earth Infernal’ is daarvan het bewijs. En de show op Alcatraz geeft ook nog eens aan waarom Satan hopelijk nog vele jaren beschoren is. Er wordt gegrepen uit nieuwe en oude nummers. Maar het maakt niet uit, want de nummers zijn beresterk en worden perfect gebracht. En dat Brian kan zingen, hoeven we eigenlijk ook al niet meer te benadrukken. Satan verkeert in de fleur van zijn leven. (F.B.)
Aborted, Swamp.
Eindelijk … eindelijk staat Aborted op Alcatraz. Deze Belgische death metal sensatie wordt in alle landen ter wereld bejubeld en op handen gedragen … behalve blijkbaar in België, waar men duidelijk nog niet heeft ingezien wat de waarde van Aborted is. Sven en co toeren de ganse wereld rond en slaan overal ter wereld het publiek met verstomming. Eindelijk was de weide van Alcatraz toe aan een Aborted-behandeling. De Swamp was de uitgelezen plaats en Aborted zette de tent in brand. Was het Suffocation die de lat zeer hoog had gelegd? Jazeker, maar Aborted slaagde erin het niveau van Suffocation te evenaren, misschien zelfs te overtreffen. Beide bands zijn het levende bewijs dat extreme metal een hoog niveau haalt muzikaal en qua show zeer te genieten valt. Het publiek in de Swamp lustte er in elk geval pap van. (F.B.)
Bear, Morgue.
Dé performance van de dag komt wat ons betreft op naam van Bear. De opkomst om dit Antwerps viertal aan het werk te zien, viel ons eerlijk gezegd tegen want de tent was verre van volgelopen. Maar de afwezigen hadden méér dan ongelijk! Wat een intense brute kracht knalde van het podium af. Een nukkige monitor, het geluid dat aanvankelijk niet honderd procent oké is, een cimbaal die wegzakt, werkelijk niks lijkt de heren te deren om alles en iedereen figuurlijk maar evengoed letterlijk omver te meppen. Gedragen door hun schitterende album ‘Propaganda’ uit 2020 razen ze als een bezetene over het podium en brengen ze hun energie over op het publiek dat zich niet onbetuigd laat en enthousiast meegaat in een kolkend feestje. Het leuke aan de Morgue vinden we dat er geen barrière is tussen podium en publiek waardoor je echt die intense beleving krijgt zoals het in the good old days gebruikelijk was. Er wordt geskydived en gestagedived dat het een lust is zonder dat overijverige security tussenkomt. Zanger Maarten Albrechts kijkt het grijnzend aan en wakkert het vuur enkel nog meer aan. Bassist Dries Verhaert en kompaan James Falck springen en lopen als bezeten in het rond en bekruipen de drums om de haverklap. James springt het podium af om de troepen ter plekke nog meer op te zwepen en wordt dan letterlijk op handen gedragen terug het podium op gehesen. Behalve drummer Serch Carriere gaan overigens alle bandleden uiteindelijk de lucht in. Zelden een symbiose gezien tussen band en fans zoals bij Bear. U moet erbij geweest zijn om het te geloven. (K.H.)
Tesseract, Prison.
Het Britse Tesseract staat voor een mix van, vooral, progressive metal en wat djent. Meestal krijgen we dan een voorgevoel dat het misschien wel wat te technisch of te statisch of te kalm zal klinken om een volle weide, en dan al zeker het hoofdpodium, in te palmen. Niets blijkt minder waar te zijn als je Tesseract aan het werk ziet en hoort. Het technisch kunnen druipt er inderdaad vanaf, maar dankzij een uitgelezen selectie van stevige nummers die de heren op een gedreven en energieke manier neer zetten, mochten we al onze vooroordelen overboord kieperen. Tesseract bewijst dat progressive metal wel degelijk zijn (hoge) plaats verdient op een festivalaffiche en zorgde zo voor een heel sterke set die ons nog een tijdlang zal bij blijven. (L.G.)
Pro-Pain, Helldorado.
De band rond frontman Gary Meskill heeft intussen de kaap van dertig jaren dienst overschreden. Zoals we van Pro-Pain gewoon zijn, blijven ze live aan een verschroeiend tempo het ene nummer na het andere afvuren op het publiek. Behalve een sporadisch “Is everybody having a great time?” is er geen tijd en ruimte voor bindteksten en gaat het ene nummer naadloos over in het volgende. Met vijftien studio-albums onder de arm kan de band puren uit een resem aan topnummers waarbij de keuze voor het ene nummer zonder twijfel betekent dat je een ander niet te horen krijgt. Recentere nummers zoals ‘No Fly Zone’ van het laatste album ‘Voice Of Rebellion’ worden afgewisseld met nummers uit de eerste platen waarbij ‘Make War Not Love’ het dak van de Helldorado tent er helemaal doet afgaan. Voor fijngevoeligheid moet je niet bij Pro-Pain zijn en hoewel de man in wezen een doodbrave knuffelbeer is, kijkt Gary Meskill onveranderlijk alsof hij iedereen met zijn ogen zou neerschieten. (K.H.)
Abbath, Swamp.
Abbath die had de moeilijke taak om het hoge niveau van de Swamp te evenaren. Aan de ervaring van de man zal het zeker niet liggen, die is onmetelijk groot gezien zijn verleden in Immmortal. Sinds enige tijd gaat hij als Abbath verder. Het eerste album kwam binnen als een bom. Het tweede album bestendigde al het goede dat we over Abbath dachten en de vele passages op podia in binnen- en buitenland tonen aan dat Abbath meer dan de moeite waard is. Dit was op zaterdag niet anders. Het publiek onthaalde de man en zijn band op heel veel enthousiasme. En Abbath, die zette zijn beste been voor en leverde een spetterende show af. (F.B.)
Cobra The Impaler, Morgue.
Gewapend met slechts één album getiteld ‘Colossal Gods’ is het vaderlandse Cobra The Impaler in recordtempo de wereld aan het veroveren. Wie hen eerder aan het werk zag, weet dat dit vijftal als een geoliede machine riff na riff afvuurt op de aanwezigen. Oprichter Thijs Decloedt hoort de term “superband” niet graag maar er lijkt eenvoudigweg geen andere term mogelijk. De precisie waarmee de nummers gebracht worden is van ontzettend hoog niveau en zanger Manuel Eiremmer beschikt over een indrukwekkend stembereik. Wat in het oog springt, is de enorme bescheidenheid van de bandleden. De uitgesproken dankbaarheid voor het feit dat ze op dat podium mogen staan en voor de aanwezigen is in ieder geval zeer oprecht. Hoewel meer aanwezigen dan bij de spitsbroeders van Bear – James Falck is bij beide bands gitarist – barst de Morgue ook nu niet uit haar voegen. De vermoeidheid na een bloedhete driedaagse laat ongetwijfeld sporen na bij velen en op hetzelfde moment staat ook grootheid Abbath in de Swamp. Niettemin is er een stevige moshpit aanwezig en wanneer Manuel persoonlijk een wall of death dirigeert, stijgt de temperatuur nog enkele graden. Cobra The Impaler levert eens temeer een prestatie om “U” tegen te zeggen. Het zou ons allerminst verbazen als de band in de komende jaren nog talloze affiches weet te sieren in binnen-en buitenland. (K.H.)
Korpiklaani, Prison.
Het Finse Korpiklaani brengt onder die naam intussen reeds twintig jaar in een compleet eigen stijl folkmetal op de markt. Waar ze komen, b(r)ouwen ze steevast een feestje. Na de hitte van de afgelopen dagen was dat niet altijd een evidente opdracht. We hadden bovendien de indruk dat het geluid niet op elk moment even goed was en helaas kon naar ons gevoel hetzelfde gezegd worden van de band zelf. In de beginjaren bracht Korpiklaani albums uit met eigenlijk maar één echt thema: drinken. Op de recentere albums is de band stilaan een andere weg ingeslagen en brengen ze in een meer verhalende stijl de vaderlandse mythologie onder de aandacht. Op Alcatraz kunnen we niet om de vaststelling heen dat het publiek telkens makkelijk te overhalen is tot enthousiaste rondedansen en meebrullen bij de opzwepende drinkliederen maar bij de meer ingetogen nummers, is het enthousiasme ook meteen pakken minder. Valt daarbij ook op dat de stem van frontman Jonne Järvelä bij die rustiger nummers niet altijd even toonvast is. Korpiklaani komt ons eerder rommelig over bij momenten en beantwoordt niet helemaal aan onze verwachtingen. Nummers als ‘Beer Beer’ en ‘Vodka’ doen de vlam wel in de pijp slaan maar het mocht wat ons betreft toch allemaal net ietsje meer zijn. (K.H.)
Ignite, Helldorado.
Ignite wordt soms al eens voorgesteld als een emocore band. Dat zijn ze dus niet. Ignite is metalcore van hoge kwaliteit, zeker geen poppunk a la Blink 182. Als je van D.R.I. houdt, zou je eigenlijk Ignite moeten leuk vinden, maar spijtig geldt deze eenvoudige regel niet. De tent was minder gevuld dan tijdens de D.R.I. show, maar de aanwezigen hadden gelijk. Ignite ontgoochelde niet. Eli Santana, die Zoli Téglás vervangt na diens vertrek in 2020, deed het overigens uitstekend. (F.B.)
Cannibal Corpse, Swamp.
Aan alle goede dingen komt een eind. Het einde in de Swamp was weggelegd voor Cannibal Corpse. Chris Barnes en co kwamen na vier jaar nog eens de Swamp onveilig maken. De setlist van 2022 komt sterk overeen met die van 2018. Uiteraard is de tijd beperkt en speelt de band zeer veel obligate nummers. Maar het blijft Cannibal Corpse en vervelen doen ze nooit. Zeker niet voor de fans van de moshpit. Het ging er ruig aan toe op en voor het podium, maar op het einde komt alles goed. Iedereen gelukkig, band incluis. (F.B.)
Killthelogo, Morgue.
Waar Killthelogo op Graspop nog de moeilijke taak kreeg om de laatste dag te openen in de Metal Dome, kregen ze op Alcatraz de zo mogelijk nog zwaardere opdracht om het festival af te sluiten wat betreft de Morgue. Geen eenvoudige aangelegenheid als je geprogrammeerd staat op hetzelfde moment als de grootheden van Cannibal Corpse. Hoewel oude rotten in het vak – de leden kennen we nog van de bands Calibre. en Facedown die twintig jaar geleden furore maakten op de golf van nu-metal die toen heerste, is Killthelogo (destijds de naam van het album van Calibre.) een jonge band. De maatschappelijke betrokkenheid van weleer is nog steeds onverminderd aanwezig bij Daniel Mies en de zijnen. Nummers als ‘Taxes’ en ‘Buy More Shit’ worden met volle overtuiging gespeeld en het aanwezige publiek doet haar uiterste best om de Morgue nog een laatste keer te laten daveren. Dat de heren van Killthelogo routiniers zijn, valt te merken aan de strakke uitvoering van de nummers. Mies brult en springt nog steeds met een ongekende energie – zelfs drijvend op het publiek blijft hij zingen – maar ergens blijft de geest van Calibre. toch boven dit Killthelogo hangen. Om een voor ons onduidelijke reden speelt de band steevast het nummer ‘Midlife Crisis’ van Faith No More in een versie waar wij niet bepaald wild enthousiast van worden – we weten het, het is subjectief. Geef ons maar gewoon de eigen nummers, die volstonden duidelijk ruimschoots om de Morgue met een stevig feestje af te sluiten. (K.H.)
Arch Enemy, Prison.
Absolute afsluiter van Alcatraz was niemand minder dan Arch Enemy, de band van gitarist Michael Amott en met Alissa White-Gluz als huidige frontvrouw die met ‘Deceivers’ net een gloednieuw album uit hebben. Van dat nieuwe album werden we getrakteerd op meerdere nummers zoals ‘Deceiver, Deceiver’ , ‘In The Eye Of The Storm’, ‘Handshake With Hell’, ‘House Of Mirrors’ en ‘The Watcher’ die enigszins tot onze verbazing toch reeds danig gekend waren bij een groot deel van de aanwezigen. Er werd echter voldoende afgewisseld met ouder materiaal zoals ‘War Eternal’, ‘Ravenous’ en ‘Dead Eyes See No Future’ om er enkele te noemen. En toch bleven we enigszins op onze honger zitten. Arch Enemy speelde oerdegelijk zoals je van een band met hun status mag verwachten maar we vonden het allemaal eerder klinisch klinken. White-Gluz kweet zich als frontvrouw van haar taak door geregeld het publiek te betrekken maar het kwam ons te vaak over als “part of the job”. Let wel, noch op de vocale prestatie noch op de uitvoering van de nummers valt iets aan te merken, daarvoor is dit Arch Enemy te professioneel. Misschien dat de warmte op het einde van het festival toch haar tol eiste van het publiek maar van een kolkende menigte was naar ons gevoel geen sprake. Kortom, we hadden meer spektakel verwacht om de fans nog een laatste keer compleet uit hun dak te zien gaan. Nu houden we het bij een degelijke prestatie zonder meer maar zonder die extra sprankel pure extase. (K.H.)
Sick Of It All, Helldorado.
Het Amerikaanse Sick Of It All wordt beschouwd als een van de absolute toppers als het aankomt op “New York Hardcore”. De band werd in 1986 opgestart en zorgde al voor tal van albums. De concerten van gezelschap zijn zo nodig nog aantrekkelijker voor de liefhebbers van hardcore en punk en gaan er steeds vlotjes in. De tandem Lou Koller (vocals) en broer Pete Koller (gitaar) houden reeds al die jaren het schip overeind. Drummer Armand Majidi is er reeds bij sinds 1986 (al is er een hiaat tussen 1989 en 1992 voor hem) en bassist Craig Setari is er bij sinds 1992. Dan spreek je van een machtige machine die perfect op elkaar is ingespeeld en steeds opnieuw voor een wervelende gebeurtenis op het podium zorgt. Dit was ook nu weer het geval, maar wij hebben toch de indruk dat er wat sleet op de motor zit. Of komt dit door het feit dat we Sick Of It All al te veel gezien / gehoord hebben. Hoe dan ook, de fans vonden het allemaal best in orde en bouwden dan ook een stevig feestje om deze editie van Alcatraz af te sluiten. (L.G.)
Met dank aan de organisatie van Alcatraz.
Tekst: Andy Maelstaf (A.M.), Frederik Blieck (F.B.), Koen Hollants (K.H.) en Luc Ghyselen (L.G.)
Foto’s: Andy Maelstaf en Luc Luc Ghyselen.