In maart 2018 bracht het Britse Ravenlight zijn debuutsingle uit, die voorafging aan hun eerste vier tracks tellende ep ‘End Of The World’ in september later dit jaar. Het succes van de ep opende vele nieuwe mogelijkheden voor de band, zoals een aantal shows in Ierland, waaronder een show als support voor het Zweedse Evergrey. De bandleden zijn vrij beperkt, gezien John Connor al de gitaren en de keyboardstukken voor zijn rekening neemt. Vocaliste Rebecca Feeney en drummer Michal Bugajski vervolledigen de line-up zonder aangeven van een bassist. Met het opbouwen van een sterke reputatie in heel Ierland, begon de band te werken aan hun debuutalbum ‘Project Genesis’. Hun doel was om snelle en technische nummers te schrijven die door diverse stijlen beïnvloed werden, op een zinderende snelheid en vol technische prestaties. Qua teksten vertellen verhalen over het begin, het einde, de angst en de hoop. Bij de opener ‘The Circle’ blijf ik wat op mijn honger zitten. De vocalen zijn niet slecht maar hebben nog geen body genoeg en ik vrees dat dit zal wreken om een plaat vol te krijgen. Muzikaal zit er wel wat variatie in, maar het blijft redelijk braafjes. Het knappe en vooral het vingervlug gitaar- en drumwerk zijn de grote troeven van het melodieuze ‘End Of The World’. Een bmp-teller ging richting 640 en dat is verduiveld veel. Met eenzelfde snelheid begint ‘Sanctuary‘. Er zit weliswaar een iets rustiger stukje in, maar al vlug raast deze snelheidsduivel verder tussen je oren. Bij ‘Echoes’ lijkt de storm iets af te nemen, al is dat relatief. We krijgen ook wat ademruimte in ‘Words Unspoken’. De keyboard omlijsting is een meerwaarde om weerstand te bieden aan het spervuur van de agressief en progressief bespeelde snaren van John Connor. Erg rustig is het begin van ‘Where the Stars Grow’ en even dacht ik dat we een ballad zouden krijgen, tot de gitaren losscheurden en drummer Michal Bugajski een gedreven ritme begon in te zetten. En toch kantelt het nummer terug als de erg breekbare vocalen erbij komen. ‘The Spell’ neemt lichtjes de draad terug op en is een ideale buffer tussen het rustige en het uitbundige deel van het album. De snarenplukker zet ook hier zijn beste beentje, heu, … vingers voor. Rebecca opent ‘Strong Enough to Fall’ met enkel keyboard ondersteuning, maar al gauw vullen de anderen bij. Deze ballad neemt ook even het voorbije strakke ritme even weg. Een nummer met titel ‘Wild Hunt’ kan niet rustig zijn en dat vermoeden wordt ook bevestigd als het nummer fullspeed uit de startblokken schiet. Het melodieuze ‘Edenfall’ kent toch enkele muzikale intense stukken terwijl Rebecca het allemaal vlotjes onder controle houdt. Afsluiter ‘Call Of The Wild’ zet nog eens alle registers open en besluit de plaat met kracht en in schoonheid. Deze plaat is het debuut en dat kan je ergens wel horen. Er zit zeker potentieel in de band, maar er is toch nog wel wat werk om op een niveau te komen die niet zomaar in de massa zal verdwijnen. Qua nummers scoren ze redelijk goed, maar geen enkel nummer springt eruit. Enkele nummers konden me niet voldoende boeien, waardoor ik het gevoel kreeg dat ik “het al eens gehoord had”. Zelf ben ik geen fan van de vocalen, maar dat neemt niet weg dat hier toch sterk gepresteerd werd. Benieuwd wat de opvolger in petto zal hebben.
Rocking Klingon (72)
Novus Records
Tracklist: 1. The Circle 2. End Of The World 3. Sanctuary 4. Echoes 5. Words Unspoken 6. Where The Stars Grow 7. The Spell 8. Strong Enough To Fall 9. Wild Hunt 10. Edenfall 11. Call Of The Wild