Arkado werd in 1983 opgericht in Ödåkra (bij Helsingborg), Zweden. Oorspronkelijk heette de band BB2 (Better Be Together). In die tijd nam BB2 een vinylsingle op, die de hymne werd van de voetbalclub Ödåkra IF en daar vandaag de dag nog steeds bij elke wedstrijd wordt gespeeld. In mei 2018 gaf de band een volledig uitverkocht live concert in Helsingborg. De “droom” om weer als een band te worden beschouwd, al was het maar lokaal, werd steeds sterker. In augustus 2018 kwamen enkele nieuwe leden erbij en de “nieuwe” band werd naar ‘Ödåkra’ vernoemd en werd uiteindelijk Arkado. De line-up even overlopen: Philip Lindstrand als zanger/gitarist, Mats Nilsson & Martin Kirschner elk als gitarist, drummer en achtergrondzanger Mikael Skafar, Bernt Lundgren op bas en Mikael Svensson op keyboard en achtergrondzang. Het album werd opgenomen in de LdM Studios, de Chasing Sparks studio en de Skafars studio. Het werd geproduceerd door Mikael Svensson, gemixt door Mikael Svensson en gemasterd in Panic Room. Die naam alleen al … De typische eighties klanken overheersen in de opener ‘So Bad’. Een Europe-gevoel overstijgt en dat toont aan dat de heren veel in hun mars hadden. Ook ‘To Leave It All Behind’ kent die eigenschappen. ‘Never Say Never’ heeft niets met de bekende Canadese zanger te maken, die via YouTube bekend raakte. Het is een melodieus en deels melancholisch nummer vol passie. Ook hier dezelfde klanken die we bij Europe vinden, het moet daar toch in het bergwater zitten veronderstel ik. Ze maken het allemaal zo goed, dat je er niet bij stilstaat dat het maken van dergelijke nummers een sterk vakmanschap vereist. Een van de betere nummers van het album. De duidelijke woorden in het begin van ‘Don’t Rape The Nature’ hebben een onmisbare boodschap. De vele keyboardklanken zorgen voor flink wat evenwicht tegen het zware gitaarwerk, waardoor het toch wat luchtiger blijft. Het valt op dat gans het album eigenlijk nummers bevat die we op een Europe album kunnen vinden. Ook de vocalen liggen in dezelfde trend. Zoek maar eens naar de traditionele zeven verschillen bij ‘Walk Your Way’ en ‘If We Are To Last’, al denk ik niet dat je die gaat vinden. Is de band nu een kloon van hun voorbeelden? Zeker niet, want ‘My Hometown’ toont aan dat ze ook een eigen geluid hebben. De ballad ‘She’s So Fine’ laat een zachtere kant van de band tonen, al is die wel erg traag en begint het nummer soms wat slepend over te komen. Gelukkig kent ‘Eagle’ wat meer pit en ballen zoals we intussen van de heren gewoon geworden zijn. Het catchy en stevige refrein maakt ruimschoots goed waar ik hen in het vorige nummer even kwijt raakte. ‘Carry My Heart’ heeft net teveel ritme en kracht om zelfs als powerballad te worden beschouwd, maar het maakt een erg positieve indruk door de goede balans en samenhorigheid van elke artiest. We horen een band en niet enkele artiesten die hun ding samen doen. Eigenaardig genoeg hebben we als laatste nummer een bijna gelijkaardige titel ‘Never Say Never Again’. Blijkt dat het (niet toevallig) over hetzelfde nummer gaat, maar waar de eerste versie na enkele tientallen seconden de registers opentrekt blijft dit in de laatste versie een pak beperkter en pas veel later te komen, waardoor de vocalen sterk in de spotlights gezet worden. Fans van de 80’s ScandiRock zoals Europe, Treat en Stage Dolls zullen hier zeker met volle teugen van weten te genieten. Waarom het die bands wel lukte om door te breken en deze heren niet, het zal me een raadsel blijven want ze hebben wel dezelfde capaciteiten en kwaliteiten om een groot publiek aan te spreken. Vernieuwend is het uiteraard niet, maar wel keigoed in zijn genre waardoor deze bij ondergetekende, als fan van het genre, nog meerdere keren in de kamer zal klinken.
Rocking Klingon (85)
AOR Heaven AOR 00202
Tracklist: 1. So Bad 2. To Leave It All Behind 3. Never Say Never 4. Don’t Rape The Nature 5. Walk Your Way 6. If We Are To Last 7. My Hometown 8. She’s So Fine 9. Eagle 10. Carry My Heart 11. Never Say Never Again