Elvenking, supports: Frozen Crown, Desert – 24/04/2019 – De Verlichte Geest, Roeselare.
Niet elke dag krijg je een metalband uit Israël te zien. Orphaned Land zal wel de bekendste zijn. Ook wel gekend, maar daarom niet in verband gebracht met Israël is Betzefer. En verder heb je Winterhorde en Scardust die ik ken. Israël staat dus niet echt bekend voor het genereren van metal bands. Desert komt ook uit het beloofde land en timmert al tien jaar aan de weg middels een ep en twee cd’s. Het debuut, ‘Star Of Delusive Hopes’ verscheen in 2010 op Sleaszy Rider Records. De opvolger, ‘Never Regret’, in 2015 op eerst het Israëlische Raven Music en vervolgens het Russische Irond. Een nieuwe is onderweg naar het schijnt. Desert is een power metalband en dat was er aan te horen. De drums klonken te hard waardoor het geluid degradeerde tot een muur van geluid waar de meeste finesse uit weggefilterd was. Spijtig, want Desert lijkt wel leuke songs te brengen en hadden er ook duidelijk zijn in. We kregen drie onuitgegeven songs (‘Fix Bayonets’, My ‘Black Flag’ en ‘Seven Pillars Of Wisdom’), drie nummers uit ‘Never Regret’ (‘Sons of War’, ‘Assassin’s Fate’, ‘Son Of A Star’) en ééntje uit het debuut (‘Letter for Marque’). De band wist er wel ambiance in te brengen, zeker met ‘My Black Flag’, toen zanger Alexei Raymar het publiek vroeg ‘My Black Flag’ in het Nederlands mee te zingen. Desert heeft duidelijk vrienden gemaakt in België. Achteraf heb ik ‘Never Regret’ nog eens in de speler geplaatst en gezien de kwaliteit van de songs vind ik het spijtig achteraf dat we niet het beste Desert mochten horen. Misschien heeft dat net hen een paar nieuwe vrienden gekost.
Frozen Crown was de tweede band van dienst en de aanwezigheid van zangeres Giada “Jade” Etro en gitariste Talia Bellazecca, maakt dat Frozen Crown makkelijk vrienden maakt ongeacht de sound (als je me begrijpt). Frozen Crown werd een beetje geplaagd door hetzelfde euvel als Desert: een slechte klank. Jade had moeite om boven de muziek hoorbaar te zijn. De ganse band speelde nochtans loepzuiver, maar de loeiharde drumsound gooide wederom roet in het eten. Het publiek liet het niet aan haar hart komen en genoot zichtbaar van het gitaarfestijn dat Frozen Crown wel is. Het is me niet geheel duidelijk waarom hoofdzakelijk uit het debuut geput werd om de set te vullen. Enkel ‘Arctic Gales’, ‘Neverending’ en ‘Winterfall’ van meest recente album ‘Crowned in Frost’ werden gebracht. De overige zes nummers kwamen uit het één jaar oudere ‘The Fallen King’. Talia is met haar negentien jaar duidelijk een talent. Het spelplezier druipt eraf en het spektakel is (te) mooi om zien. Jade zelf is niet de meest entertainende frontvrouw, misschien dat het gebrek aan vertrouwen of ervaring of de beperkte kennis van het Engels aan de basis hiervan ligt. Het geheel oogt nog een beetje braaf. Er mogen wat ruwe kantjes bijkomen in de toekomst. Het belangrijkste is dat de basis van de band solide lijkt en we in de toekomst nog wat extra kunnen verwachten.
Vervolgens was het tijd voor de meest ervaren band van dit trio, headliner Elvenking. Je merkt vanaf de eerste seconde dat ondanks twee ad interim-leden Elvenking een goed draaiend geheel is. Zanger Damna stuurt de ganse power / folk metal machine de goede richting uit en pakt ondertussen het publiek mee. Velen leken toch wel erg bekend te zijn met het oeuvre van Elvenking; dat geldt spijtig genoeg niet voor mij. Maar geen nood: een goede setlist doet wonderen. Met vier nummers van de dertien uit recentste album, ‘Secrets Of The Magick Grimoire’, en drie uit ‘The Pagan Manifesto’ ligt het accent hoofdzakelijk op het recente verleden. Er werd eveneens gepuurd uit ‘The Winter Wake’ en ‘The Scythe’. Geëindigd werd er met twee oudjes ‘To Oak Woods Bestowed / Pagan Purity’ uit debuut ‘Heathenreel’ en ‘The Loser’ uit ‘Era’. En of je Elvenking nu kent of niet uiteindelijk ga je toch mee in de sfeer, wat uiteindelijk de verdienste is van een band die hard zijn best doet om de massa te vermaken met onvervalste folk / power metal. Ik ben blij dat ik erbij mocht zijn en dit mag wat mij betreft zeker herhaald worden.
Met dank aan Lucas Aerbeydt.
Tekst: Frederik Blieck.
Foto’s: Luc Ghyselen.